Stefaan en fietsen, dat is een uitstekende match. Tweemaal per week fietst hij naar het Fietsproject om er aan de slag te gaan met… fietsen.
Stefaan begint en eindigt zijn week tussen de fietsen. Op maandag en vrijdag treffen we hem aan in Berlare, waar hij met de glimlach een reeks taken voor zijn rekening neemt: ‘De banden oppompen doe ik het liefst. Maar ook het poetsen. En de klanten ontvangen. En afwassen.’ Afwassen?
‘Ik help Yvette,’ verduidelijkt hij. Als vaste kookvrijwilliger komt Yvette één dag per week een verse maaltijd klaarmaken in het Fietsproject. Ze krijgt daarbij hulp van één van de medewerkers. ‘Ik ga ook mee om de boodschappen,’ zegt Stefaan. ‘Ik doe dat wel graag.’
Recyclage
Wat staat er nog op de lijst van zijn favoriete klussen? ‘Fietsen afbreken,’ zegt hij. Nee, geen knokpartij tussen mens en machine, wel recyclage van gekregen fietsen die niet goed genoeg meer zijn voor de tweedehandsverkoop: ‘We leggen de stukken in bakken. Die proberen we dan opnieuw te gebruiken,’ legt Stefaan uit.
Soms worden er heel veel fietsen tegelijk aangeleverd: ‘Van de gemeente,’ zegt Stefaan. Niet om ze over te nemen, wel om ze te onderhouden: ‘Omdat we veel steun krijgen van de gemeente Berlare, repareren wij al het rollend materiaal als wederdienst,’ verduidelijkt begeleider Franky, ‘van de gocarts tot de fietsjes.’
Go, go!
Gocarts, daarvan heeft Stefaan er zelf ook een aantal. ‘Ik heb weer een nieuwe. Ik rijd daar heel graag mee rond. Jij ziet mij dan, hé Franky, vanuit je huis?’ ‘Ik ben dikwijls in de buurt, ja,’ beaamt Franky. Naar het Fietsproject komt Stefaan dan weer met de fiets. ‘Ik ben met mijn rode vandaag. Een half uurtje rijden,’ schat hij. ‘Het zal eerder een kwartiertje zijn,’ denkt Franky. Dat de afstand vier kilometer is, daar zijn ze het wél roerend over eens.